De laatste keer

en-nu.jpg.jpg

Ik maak nooit iets mee, maar vanmorgen.
Ik stond nog met de stofzuiger in de hand, toen ik een appje van hem kreeg: “Nog een laatste keer bij jou eten? Zoals gewoonlijk?”

Hij komt wel vaker eten.
Maar we hadden het afgesproken.
Niet meer zoveel aandacht aan elkaar besteden.
Beiden weten we het.
Het kan zo niet langer.
Zijn aandacht is zo fijn, rustgevend, verhelderend.
Maar zolang hij haar ring draagt, een verboden vrucht voor mij.
Dat benauwt me.
Ik mag het niet toestaan.
Het is te veel een gevecht in mij.
Ik worstel er mee.
Net als hij.
Het verdelen van zijn aandacht.
Tussen haar.
En mij.
Ik merk het aan zijn berichtjes.
Soms heel spaarzaam.
Dan weer overvloedig.
Altijd lief.
Vol aandacht.
Opmerkzaam.
Soms te direct.
Maar ja, het blijft een man.
Gebonden door haar ring, is hij meestal sterk.
Maar hij kan zich steeds minder goed inhouden.
Hij zei het me zelf, met tranen in zijn ogen: “Ik heb mijn keuze gemaakt.”

“En daarna?” vroeg ik na zijn appje.
“Wat zegt jóuw hart?” had hij geantwoord.

Lees hoe het afloopt in ‘Rond’


Een tijd lang durfde ik dit verhaaltje niet te publiceren, omdat ik zeker wist dat iemand zich hierin zou kunnen herkennen.
Dat heb ik achter me gelaten. Het is een fijne fanatasie die niet zal uitkomen en daar heb ik vrede mee.

Afbeelding © Irma Theunisse; http://irmatheunisse.nl/zelfcensuur-uit-angst/

Stadsdichter

Op 15 december 2016 deed ik mee aan de verkiezing tot stadsdichter van Beverwijk. Dit is de laudatio die de jury uitsprak voor ik mijn gedicht mocht voordragen:

“De eerste aanmelding, die binnen kwam, was Marc Commandeur. Hij beschrijft de beelden van Beverwijk en ieders jeugd die we allemaal herkennen. Het schoolplein, de dansles, de Breestraat,  de school, de cour en de jongens en meisjes die om elkaar heen draaiden: plaatsen waar iedereen wat mee heeft. Ook de Beverhof is zo’n plaats die we allemaal kennen. Zoals zoveel plekken in Beverwijk nooit helemaal  uitgebuit en  tot wasdom gekomen . Gestorven in lelijkheid. Dat ziet een stadsdichter nou allemaal, de dingen waar wij aan voorbij lopen.  Voor dat soort observaties hebben we dus een stadsdichter nodig.”

Mijn inzendingen voor de verkiezingen: gedicht 1, gedicht 2 en gedicht 3.

beverhof

Overigens won Joris Brussel de verkiezingen. De tekening is van Wies Tesselaar.

Beverhof

Mijn inzending voor verkiezing tot Stadsdichter Beverwijk 2017 deel 3
Zie ook deel 1 en deel 2

Het gapende gat aan de Bree,
je vulde het vernieuwend
als grijs futuristisch monster.
Maar je doffe zilverwitte huid
sloot je duistere ingewanden af.
Menig zaakje startte
om het niet lang uit te houden.

Je trok niet genoeg
Te weinig klanten
te weinig zaken
geen gezelligheid
van alles niet genoeg.
En in je strijd te overleven
werd je de leegte die je ooit vulde.

De tijd was overrijp
voor een verfrissende verjongingskuur
Geen kleine facelift
of simpel likkie verf.
Een open hart operatie
met open deuren
en draaiende zaken.

Nu straal je
in vernieuwde glans
open en groots.
Je ingewanden verruimd
gemaakt tot lichte kleurige galerijen.
Indrukwekkende portalen
oproepend tot flaneren
in passages met allure.

Breng je de Wijkers in beroering?

Han’s vervanger

Mijn inzending voor verkiezing tot Stadsdichter Beverwijk 2017 deel 2
Zie ook deel 1 en deel 3

Jouw input telt!
Vul de enquête in

Zo de boodschap
van de gemeenteraad

Help ons, op zoek
naar snelle antwoorden

Voor een nieuwe
burgervader man/vrouw

Moet zij met haar vuist op tafel
of alle handen op elkaar?

Huppelt hij op strand
of is zij onze berggids uit het dal?

En is hij onze Shere Khan
of is hij meer Uil van Pooh?

Allemaal vragen van de raad,
met één overeenkomst:

Wil je een jonge dolle hond
of een wijze ervaren juf?

Mijn stad

Mijn inzending voor verkiezing tot Stadsdichter Beverwijk 2017 deel 1
Zie ook deel 2 en deel 3

Pius X nog met de cour
Zwieren bij Dick over de vloer
Hangen op de Bree
onder de grote boom voor V&D

En langs de ventweg van de Bree
zag ik de hoge bomen staan
Ik was te jong en wist niet beter
dan dat dit nooit voorbij zou gaan

Mooi werd bijzaak
vlaktes niet meer braak
De oude kern
plots onmodern

Verplaatst De Slof
naast het kerkhof
Gehannes met de Bree
De Wijkers ondergingen het gedwee

Toen ik langs de ventweg van de Bree
de hoge bomen nog zag staan
Ik was te jong en kon niet weten
dat dit voorgoed voorbij zou gaan

Het gaat me aan mijn hart
nu een nieuwe ronde start
Wat zal mijn zoon later denken?
Zal het hem ook krenken?

Als over de stoep van de Bree
de mensen verder gaan,
is hij te jong en kan niet weten
dat de toekomst niet stil zal staan