Dansschool

Schröder Dansschool
Het geluid van een ruisende zee komt uit de luidsprekers. Na een paar tellen neemt de bandoneon het over en speelt het geluid van de golven. Terwijl paren weglopen, veren wij juist op en stellen ons op. Dit is ons liedje. Ze vlijt zich tegen mij aan, klaar om op mijn aangeven weg te stappen. Een – twee – drie – vier. Ik kom met mijn bovenlichaam wat omhoog. Op haar rechterbeen staand, komt ze met mij mee omhoog. Slow … en met een grote, langzame pas zweven wij weg.

Lang, lang geleden stond ik op de vrije dansavond een beetje onzeker aan de rand van dezelfde dansvloer. Kan ik zomaar iemand vragen, stelde ik mezelf de domme vraag. Nog voor ik mezelf antwoord kon geven, stond zij voor mij. Iets kleiner dan ik, zwart halflang haar, een mooie glimlach en lieve kuiltjes in haar wangen.
“Ken jij deze dans?”, vroeg ze mij.
“Natuurlijk.”
“Wil jij dan met mij dansen?” vroeg ze geëmancipeerd.
Ze trok me bijna de vloer op en weg waren we op de driekwartsmaat.
Er was direct een klik tussen ons. We hoefden niet aan elkaar te wennen. Zij voelde perfect aan welke kant ik op wilde en aan subtiele wijzigingen van haar houding wist ik precies als zij mij wilde waarschuwen voor ‘achterop komend verkeer’. Het voelde alsof we al jaren met elkaar dansten.
“Ik heet Mirjam. Hoe heet jij?”, begon ze het gesprek.
“Hi, ik ben Marc.”
“Er zijn niet veel jongens die de Weense wals willen dansen, dus ik moet altijd op zoek naar een partner. Ik ben blij dat ik je gevonden heb.”
Vrolijk kletsend dansten we zwierend over de dansvloer. Te snel was het lied ten einde, waarna zich onze wegen voor die avond scheidden.

De week erna stond ik er weer. Op nagenoeg dezelfde plaats. Ik was de dans van de week ervoor al bijna weer vergeten, maar met het starten van weer een driekwartsmaat, werd ik herinnerd aan die mooie meid. En als een duveltje uit een doosje stond ze weer voor mij.
“Gevonden! Ga je weer mee?”
“Natuurlijk. Graag zelfs”, antwoordde ik enthousiast.
En weer zwierden we over de dansvloer. De maat was wat sneller dan de week ervoor en het liep bij mij niet zo lekker deze keer.
“Sorry voor mijn gestuntel, mag ik het goedmaken met een volgende dans?”
“O ja, dat zou ik fijn vinden.”
Het geluid van een ruisende zee kwam uit de luidsprekers. Na een paar tellen nam de bandoneon het over en speelde het geluid van de golven.
“Ken jij de slow foxtrot?” vroeg ik haar.
“Ik ken de eerste basispassen. We zijn er net mee begonnen”, zei ze.
“Kom maar, dan beginnen we met die passen. Ik leid je wel door de rest.

De muziek is gevoelig, dromerig. Als één bewegen wij er op door de zaal, harmonisch en gracieus. Ze sluit haar ogen. Vertrouwt weer helemaal op mijn leiding en ze dompelt zich onder in de weldadige zee van ons samen zijn, de elegantie van onze bewegingen, het ritme van de muziek en mijn stevige houvast. Als ik in haar gezicht kijk, biggelt een traan over mijn wang. Het ontroert me te zien hoe ze geniet. Met haar in mijn armen, kan ik de traan niet wegvegen. Met een beetje ruizen zuig ik de zilte druppel van mijn mondhoek.
Ze hoort het en neemt mijn hoofd in haar handen.
“Vind je het ook zo mooi?”
Als ze me liefdevol een kusje geeft, ruik ik haar parfum. Ze heeft het in al die jaren niet gewisseld.
 

Heimatbesuch

Pillen? Geld? Sjaal?
Aandacht slechts kort
verleggend op hem,
praat ze overbezorgd
tegen zijn wand.
Belangrijker haar dadendrang
dan hun rust.
Met gezamenlijk belang
boven hun ons,
geniet zij met anderen
van de zon.
Ongewenst vlucht hij,
alleen onder mensen,
naar zijn letterwereld.

Löcher

image

Dia Löchr?
Sia hand schau reacht, dia Löcher wieged niggs,
aber dia koschded au niggs.
Wissed se, s Beschd ond s Wichdigschde em Leabe ka ma it wiega ond it zahla.

Narr

image

An reachta Narr ischt ebbas schees,
vo weitem kennt man schau am Häs,
am Winka, Jucka, Laufa, Schnappa,
und an seiner Narrakappa.

An Narr, der derf no d Wohret saga,
vo ihm do ka ma se vertraga.
Er sait s em Schuldes und em Pfarr,
was ihm it baßt, drum isch an Narr.

Ma derf sich bloß, des frait ihn au,
vo ihm it narred macha lau.

Karl Binder

 

Onze dans

Het geluid van een ruisende zee komt uit de luidsprekers. Na een paar tellen neemt de bandoneon het over en speelt het geluid van de golven. Terwijl paren weglopen, veren wij juist op en stellen ons op. Dit is ons liedje. Je vlijt je tegen mij aan, klaar om op mijn aangeven weg te stappen. Een – twee – drie, ik kom met mijn bovenlichaam wat omhoog – vier. Op haar rechterbeen staand komt ze met mij mee omhoog. Slow … en met een grote langzame pas zweven wij weg.
De muziek is gevoelig, dromerig. Als één bewegen wij er op door de zaal, harmonisch en gracieus. Ze sluit haar ogen. Vertrouwt helemaal op mijn leiding en ze dompelt zich onder in de weldadige zee van ons samen zijn, de elegantie van onze bewegingen, het ritme van de muziek en mijn stevige houvast. Als ik in haar gezicht kijk, ontsnapt me een traan. Het ontroert me te zien hoe ze geniet. Voor eeuwig zo dansen, als dat eens kon.

Muziek: Biscaya


3 september 2018

Lieve M.
Nooit meer samen zweven.
Rust zacht.

Marc.