In een gedichtencursus moest ik een autonoom gedicht schrijven naar aanleiding van een gekozen kunstwerk. Ik koos ‘Sterrennacht’ van Van Gogh.
Ben ik tevreden? Nee, maar ik ben wel verrast.
In een gedichtencursus moest ik een autonoom gedicht schrijven naar aanleiding van een gekozen kunstwerk. Ik koos ‘Sterrennacht’ van Van Gogh.
Ben ik tevreden? Nee, maar ik ben wel verrast.
Het brein weigert
het lichaam voelt het
het verstand schudt nee
het gaat niet meer
Alleen het hart weet het nog
die eerste pasjes
de zwieringen
op de Mooie Blauwe Donau
Waar anderen
niet durfden
niet wilden
soms faalden
Helpt zij hem
lief stimulerend
zacht sturend
door de zaal
Voorzichtig met aandacht
stapje voor stapje
draai voor draai
rondje voor rondje
In haar armen
krijgt hij voorelkaar
wat hij lang niet kon
een walsje op het parket
–
We dansten op Sammy Davis Jr. – Mr. Bojangles (https://youtu.be/-Fju4UajL7g)
“Jij kan vast de Weense wals!”
“Ja hoor.”
“Dan dans jíj die met mij!”
“Oh zeker!”
Ze vlijt zich tegen mij aan
Haar hand in de mijne
Een hand om haar schouder
We passen als twee puzzelstukjes
“Je danst fantastisch.
Ik ben M.
Ben je er volgende week weer?”
“Maar natuurlijk!”
De verantwoordelijkheid drukt
Zwaar
Een laatste keer de sleutel omdraaien
De beslissing reikt zo ver
Mijn thuis, zijn ouderlijk huis
een hoofdstuk voorgoed afsluiten
Het hoofd vindt het goed
De buik klaagt
De afwegingen
worden in eenzaamheid gemaakt
Niemand die luistert
naar de tranen in de ratio
Het einde van nr. 3 nadert
Het afscheid zal gaan komen
Het zuigt de jongen naar binnen
duwt ze door steriele gangen
over betonnen trappen
van zaaltje naar zaaltje
Om het functioneren
aan te leren
het leven
af te leren
Geforceerd
penibel gepland
alles kunstig matig
maar bovenal efficiënt
Een geoliede machine
slechts onderbroken
door bonkig hoekige gezelligheid
weggestopt in hoekjes
Straks spuugt het ze weer uit
rijper misschien
ouder in ieder geval
passender op de norm
Deze blokkendoos
geen huis
geen thuis
een leerfabriek
Foto: Daniël Rommens